Veldproef 10

Biocontrole van bodemgebonden fytopathogene fungi door fungivore bodemfaunagemeenschappen in aardappelteeltsystemen.

Continentaal-gebied (Duitsland)

Probleemstelling
In vochtige grond neemt het risico op besmetting met bijvoorbeeld Fusarium spec. en Rhizoctonia spec. toe, wat een bedreiging vormt voor de kwaliteit en kwantiteit van bijvoorbeeld wortelgewassen (hier: aardappelen). Deze situatie leidt tot een hogere inputintensiteit door de landbouwers, waardoor het agro-ecosysteem minder veerkrachtig wordt en de biodiversiteit in de bodem verloren gaat.
Stand van zaken
De maatregelen door landbouwers om het probleem van het voorkomen van schimmelplagen te bestrijden, zijn hoge toepassingen van pesticiden (conventionele landbouw) en een hoge grondbewerkingsintensiteit (conventionele en biologische landbouw), die de functionele biodiversiteit van de bodem verminderen. In de maanden mei en juni bijvoorbeeld worden schimmelbestrijdingsmiddelen gemiddeld eenmaal per week in aardappelen gebruikt, wat neerkomt op 90% van de totale hoeveelheid bestrijdingsmiddelen die in dit gewas wordt toegepast. Landbouwers wordt geadviseerd om voor aardappelen en wortelen teeltonderbrekingen van respectievelijk 5 en 6 jaar in hun vruchtwisseling te overwegen. Om economische redenen kan de rotatievolgorde worden ingekort tot 3 jaar. Op korte termijn hebben de landbouwers financieel meer baat bij de naar verhouding hoge prijzen voor aardappelen. Op lange termijn wordt de bodemconditie bedreigd.
Doelstelling
Het doel van deze casestudie is (i) het biocontrolepotentieel van fungivore bodemfaunagemeenschappen te evalueren en (ii) fungivore bodemfaunagemeenschappen te promoten in aardappelteeltsystemen.
Voorgestelde beheerpraktijken
Het is de bedoeling beheerpraktijken te identificeren die fungivore bodemfaunagemeenschappen beschermen en bevorderen in conventionele en biologische landbouw. De te testen beheerpraktijken zullen samen met de landbouwers worden vastgesteld, met inbegrip van veranderingen in bodembeheer en de toepassing van bestrijdingsmiddelen.
Verbeteringen tegenover de huidige gang van zaken door dit proefveld
Verminderde externe input en gewijzigd beheer zullen de intrinsieke zelfregulerende processen in de bodem versterken. Een synergetische interactie tussen het beheer door de landbouwer (top-downbeheer) en de diensten van de bodemfauna (bottom-upbeheer) voor de bestrijding van schimmelziekten (i) beschermt de bodem; (ii) verhoogt de veerkracht van het landbouwsysteem; (iii) verlaagt de beheerkosten en (iv) maakt wortelproducten van gewassen economisch concurrerender door de productkwaliteit te verbeteren en opbrengstdaling te voorkomen.

Faculty of Sciences
Polithecnic Building
32004 Ourense (Spain)

© SoildiverAgro 2024